Pinus sylvestris s L.

Grove den
SL. 0943

Pinus sylvestris s L.
Familie Pinaceae.

Diagnostische kenmerken
Knoppen zonder hars, de schubben aan de top teruggebogen. Schors oranjebruin, grof van struktuur. Kegels dof, hangend, duidelijk gesteeld. Bladen van onderen grijsgroen, van boven donkergroen, 3-7 cm lang. Vleugel ongeveer 3 maal zo lang als het zaad.

Opm. Levert grenenhout.

Hoogte
Tot 40 m.
Bloeitijd
Mei-juni.
Levensvorm
Fanerofyt.

Standplaats
In de late middeleeuwen verdwenen; sinds de 16e eeuw veel aangeplant in bossen en vaak verwilderend. Ingeburgerd op heiden, in zandverstuivingen en in hoogvenen; weinig in de duinen. Levert grenenhout.

Zeldzaamheid en verspreiding
Algemeen in de Pleistocene districten, elders zeldzamer.
KFK 888.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 2440

%LABEL% (%SOURCE%)