Anacamptis morio (L.) R.M.Bateman, Pridgeon & M.W.Chase

Harlekijn
SL. 0889

Rode Lijst: Ernstig. BESCHERMD!

Anacamptis morio (L.) R.M.Bateman, Pridgeon & M.W.Chase

Diagnostische kenmerken
Spoor horizontaal of iets omhoogwijzend, korter dan het vruchtbeginsel. Aar langwerpig, vrij ijl, tot ca. 10-bloemig. Bloemen donkerpurper tot roze of wit, geurloos; buitenste bloemdekbladen zeer stomp, paarsrood met een 6-tal groene nerven. Lip 7-10 mm lang, breder dan lang, 3-lobbig met afgeronde zijlobben. Bovenste 3 bloemdekbladen aan de voet iets vergroeid. Bovenste blad de stengel schedeachtig omhullend.

Hoogte bloeiende plant
0,08-0,30 m.
Bloeitijd
Half april-half juni.
Levensvorm
Geofyt.

Standplaats
Op vochtige, vrij voedselarme grond in lage graslanden.

Zeldzaamheid en verspreiding
Zeldzaam in het Noordelijk kleidistrict (Texel) en de Duindistricten, zeer zeldzaam elders in de Hafdistricten en het Zuidlimburgs district; in de Pleistocene districten wel verdwenen.
KFK 755.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 875

%LABEL% (%SOURCE%)