Atriplex longipes Drejer

Uitstaande melde
SL. 2411

Atriplex longipes Drejer
Familie Amaranthaceae.

Diagnostische kenmerken
Vruchtkleppen van 2 typen: de meeste vrij klein en ongesteeld, een aantal van de okselstandige 1-2 cm lang en met een 0,5-1,5 cm lange steel. Onderste bladen zonder of met korte opzijwijzende slippen, het blad driehoekig. Gesteelde vruchtkleppen met iets uitspringende nervatuur.
Onderste bladen van de hoofdstengel langwerpig, ruitvormig of spiesvormig, de bladvoet een hoek van minder dan 145° makend.

Hoogte bloeiende plant
0,10-0,40 m.
Bloeitijd
Juli-september.
Levensvorm
Therofyt.

Standplaats
Op open, zandige of kleiige plaatsen langs de kust, ook binnendijks.

Zeldzaamheid en verspreiding
Zeldzaam in het Maritiem district.

Opmerking
Op vloedmerken worden soms bastaarden aangetroffen van Atriplex longipes met Atriplex prostrata: Atriplex gustafssoniana(x) Taschereau (FB. 5480).

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1261

%LABEL% (%SOURCE%)