Verbascum blattaria L.

Mottenkruid
SL. 1338

Verbascum blattaria L.
Familie Scrophulariaceae.

Diagnostische kenmerken
Bladen beiderzijds kaal of met enkele enkelvoudige haren. Bloemen meestal alleenstaand in de oksels van schutbladen, in een lange tros gerangschikt. Bloemstelen afstaand, 2-3 maal zo lang als de kelk. Helmdraden met violette wol; helmknoppen van de 2 langste meeldraden aflopend. Bloemkroon geel of soms wit, voor het opengaan van buiten roodachtig.

Hoogte bloeiende plant
0,60-1,20 m.
Bloeitijd
Juni-augustus.
Levensvorm
Hemikryptofyt (tweejarig).

Standplaats
Op open, matig voedselrijke, omgewerkte grond.

Zeldzaamheid en verspreiding
Zeer zeldzaam in het Gelders district; elders onbestendig.
Ook adventief of uitgezaaid.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 999

%LABEL% (%SOURCE%)