Guizotia abyssinica (L.f.) Cass.

Gingellikruid
FB. 1693

Guizotia abyssinica (L.f.) Cass.
Familie Asteraceae.

Diagnostische kenmerken
Bladen tegenoverstaand, de bovenste verspreid, lancetvormig, gaaf tot getand, aan de voet half-stengelomvattend. Hoofdjes alleenstaand aan het eind van de stengel en zijtakken. Omwindselbladen in 2 rijen, de buitenste eirond tot eirond-lancetvormig, groen, de binnenste vliezig. Bloembodem kegelvormig, met stroschubben (die van de lintbloemen op de binnenste omwindselbladen lijkend). Lintbloemen 1-1,5 cm lang, geel. Buisbloemen geel, onderaan behaard. Pappus ontbrekend. Nootje 3- of 4-kantig, lichtbruin tot zwart, vet glanzend, oliehoudend. Stengel rood gestreept, bovenaan klierharig.

Hoogte bloeiende plant
0,50-1,00 m.
Bloeitijd
Augustus-oktober; vaak niet in bloei komend.
Levensvorm
Therofyt.

Zeldzaamheid en verspreiding
Gekweekt om de oliehoudende zaden en als vogelvoer; vaak langs wegen uit gemorst zaad opslaand.
Uit Noordoost-Afrika.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1610

%LABEL% (%SOURCE%)