De vrouwelijke kegel bij de Orde Coniferales - Naaktzadigen is een schijnvrucht die bestaat uit een as met dicht opeengeplaatste houtige of leerachtige schubben (kegelschubben). Elke schub bestaat uit een buitenste, al of niet duidelijk zichtbare dekschub en een binnenste, al of niet met de dekschub vegroeide, 1-vele zaden dragende zaadschub. Zijn de schubben dik en vlezig en is de kegel daardoor besachtig, dan spreekt men van een kegelbes .
De manlijke kegels bij de Coniferales bestaan uit een as met weinig tot veel schub- of schildvormige meeldraden.
Alternative forms voor kegel : kegelbes, kegels.