Schermbloemenfamilie
Diagnostische kenmerken
Kruiden.
Bladen verspreid, meestal samengesteld, met een duidelijke schede aan de voet, evenals de vruchten vaak sterk aromatisch.
Bloemen regelmatig of de randstandige 2-zijdig symmetrisch, meestal 2-slachtig, meestal in samengestelde schermen, soms in hoofdjes. De bloeiwijzen hebben veelal aan de voet een krans van schutbladen, de omwindselbladen. Vaak ook vindt men aan de voet van de schermpjes een krans van schutbladen, de omwindselblaadjes. Kelk klein, 5-tandig, onduidelijk of ontbrekend. Kroonbladen 5. De buitenste bloemen zijn vaak stralend, d.w.z. de aan de buitenzijde staande kroonbladen zijn groter dan de aan de binnenzijde staande. Meeldraden 5. Vruchtbeginsel 1, onderstandig, 2-hokkig, met 2 stijlen, die ieder aan de voet in een kussentje uitlopen, dat op het vruchtbeginsel zit. Vrucht een 2-delige splitvrucht; deelvruchtjes 1-zadig, vaak met ribben of smalle tot brede vleugels, in de wand meestal met oliegangen; zaad soms niet het gehele deelvruchtje vullend (het steriele deel is de snavel).
Opmerking
Er zijn 2 deelsleutels voor deze familie: voor het determineren van bloeiende planten, en voor het determineren van planten met (rijpe!) vruchten.
Deze familie wordt in de Sleutel uitgesleuteld op Pagina 665: Apiaceae - Schermbloemenfamilie. Deze pagina is te bereiken vanuit Pagina 658, Pagina 1337.