Cardamine pratensis L.

Pinksterbloem
SL. 0205

Cardamine pratensis L.
Familie Brassicaceae.

Diagnostische kenmerken
Helmknoppen geel. Wortelbladen in een rozet. Stengel rolrond of iets kantig, hol, meestal kaal. Blaadjes van de stengelbladen meestal 4-7-parig, zittend of kort gesteeld, lijnvormig tot elliptisch, gaafrandig, zelden getand. Vrucht 2,5-5,5 cm lang. Snavel stomp. Kroonbladen lila tot wit, soms paars.

Hoogte bloeiende plant
0,15-0,50 m.
Bloeitijd
April-juni.
Levensvorm
Hemikryptofyt, Helofyt.

Standplaats
Op natte tot vochtige, voedselrijke grond in graslanden, loofbossen, moerassen en op drijftillen.

Zeldzaamheid en verspreiding
Zeer algemeen.
KFK 999.

Opmerking
Zeer variabel. Het is niet goed mogelijk om de soort in voldoende gekarakteriseerde ondersoorten te verdelen. Eén van de vele typen heeft gesteelde, afvallende, aan de voet wortelende blaadjes, waarmee de plant zich vegetatief vermenigvuldigt.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 227

%LABEL% (%SOURCE%)