Slanke ogentroost
FB. 0507
Euphrasia micrantha Rchb.
Familie Orobanchaceae.
Diagnostische kenmerken
Stengel draadvormig, niet of weinig vertakt; vertakkingen meestal in de bovenste helft van de plant. Blad smal, tot 6(-8) mm lang, de nerven van onderen niet uitspringend. Onderste stengelbladen met stompe tanden, de bovenste met spitsere tanden. Schutbladen schuin afstaand, aan weerszijden met (3-)4-5 spitse of toegespitste tanden. Bloemkroon 4-6(-7) mm lang. Rijpe doosvrucht even lang als de kelk of langer.
Hoogte bloeiende plant
0,05-0,15(-0,25) m.
Bloeitijd
Juni-oktober.
Levensvorm
Therofyt.
Standplaats
Op open, droge, voedselarme, meestal vrij zure grond, vooral in heidevelden.
Zeldzaamheid en verspreiding
Verspreiding onvoldoende bekend, maar waarschijnlijk thans zeer zeldzaam.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1068