Mariadistel
FB. 1737
Silybum marianum (L.) Gaertn.
Familie Asteraceae.
Diagnostische kenmerken
Stengel iets wollig tot spinnenwebachtig behaard. Bladen aan de rand met gele stekels, wit gevlekt of langs de nerven wit gerand, de onderste langwerpig en bochtig veerlobbig, de bovenste lancetvormig en hartvormig stengelomvattend. Buitenste omwindselbladen in de onderste helft lang getand, de smal driehoekige top in een teruggekromde stekel eindigend. Bloemhoofdjesbodem dicht behaard. Pappus uit vele haren bestaand, deze onderaan tot een ring vergroeid.
Hoogte bloeiende plant
0,60-1,50 m.
Bloeitijd
Juli-augustus.
Levensvorm
Therofyt.
Zeldzaamheid en verspreiding
Adventief; ook als tuinplant en soms verwilderd.
Uit Zuid-Europa.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1581