Rumex crispus L.

Krulzuring
SL. 1098

Rumex crispus L.
Familie Polygonaceae.

Diagnostische kenmerken
Vruchtkleppen eirond tot rondachtig, bijna altijd met knobbels, 3,5-5(-6) mm lang. Bladen lancetvormig, zelden breder, niet of zwak hartvormig, ten minste de wortelstandige aan de rand gekroesd. Bladsteel van boven vlak, niet gegroefd. Pluim slank.

Hoogte bloeiende plant
1,00-1,50 m.
Bloeitijd
Mei-oktober.
Levensvorm
Hemikryptofyt, Helofyt.

Standplaats
Op open of grazige, vochtige, voedselrijke grond, ook op vloedmerken.

Zeldzaamheid en verspreiding
Zeer algemeen
KFK 999.

Opmerking
Soms komt verwilderd voor Rumex patientia L. - Spinaziezuring (FB. 5210); deze onderscheidt zich als volgt: Wortelstandige bladen niet gekroesd, bladsteel van boven gegroefd, vruchtkleppen 6-8 mm lang.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1332

%LABEL% (%SOURCE%)