Cymbalaria muralis G.Gaertn, B.Mey. & Scherb.

Muurleeuwenbek
SL. 0741

Cymbalaria muralis G.Gaertn, B.Mey. & Scherb.
Familie Plantaginaceae.

Diagnostische kenmerken
Bladen handnervig, korter dan de steel, hart-niervormig, 5-7-lobbig, van onderen meestal paarsachtig. Bloemkroon lichtpaars, op het gehemelte met 2 gele vlekken. Zaden eivormig, geheel bezet met korte brede richels.

Hoogte bloeiende plant
0,15-0,60 m.
Bloeitijd
Mei-herfst.
Levensvorm
Chamaefyt.

Standplaats
Op oude muren en tussen stenen van dijken.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij algemeen in Urbane gebieden en plaatselijk langs het IJsselmeer; elders zeer zeldzaam.
Ook als rotsplant.
Oorspronkelijk uit Zuid-Europa.
KFK 667.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1118

%LABEL% (%SOURCE%)