Portulaca oleracea L.

Postelein
SL. 0984

Portulaca oleracea L.
Familie Portulacaceae.

Diagnostische kenmerken
Bladen verspreid, maar onder de bloemen meestal dicht opeen en in schijnkransen. Bloemen 1-3 bijeen. Kelkbladen gekield, aan de voet vergroeid. Kroonbladen 5, 6-10 mm lang, bij de wilde vorm geel, bij tuinplanten ook oranje, rood of wit..

Hoogte bloeiende plant
0,05-0,50 m.
Bloeitijd
Juni-herfst.
Levensvorm
Therofyt.

Standplaats
Op open, droge, voedselrijke grond in tuinen, tussen plaveisel, aan rivieroevers en op omgewerkte grond.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij zeldzaam; ontbreekt in het Waddendistrict, het Noordelijk kleidistrict en de IJsselmeerpolders..
Ook als groente.
KFK 456.

Opmerking
De wilde vorm onderscheidt zich van de cultuurvormen door de liggende groeiwijze, en is in alle delen kleiner dan deze.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 324

%LABEL% (%SOURCE%)