Gewoon vingerhoedskruid
SL. 0406
Digitalis purpurea L.
Familie Plantaginaceae.
Diagnostische kenmerken
Stengel en bloemstelen kort zachtharig. Bladen eirond tot lancetvormig, gekarteld, van onderen grijsharig. Bloemkroon 4-5 cm lang, buisklokvormig, licht roodpaars met donkerrode, witgerande vlekken, soms geheel wit, van buiten kaal, van binnen gebaard; bij sommige cultivars is de topbloem zeer groot en schotelvormig, met talrijke meeldraden.
Hoogte bloeiende plant
0,30-1,50 m.
Bloeitijd
Mei-oktober.
Levensvorm
Hemikryptofyt (vaak tweejarig).
Standplaats
Op vochtige tot droge, matig voedselrijke tot voedselrijke grond in bossen, op kapvlakten en op omgewerkte, beschaduwde grond.
Zeldzaamheid en verspreiding
Algemeen in de Pleistocene districten, de Duindistricten en het Zuidlimburgs district, elders vrij zeldzaam.
KFK 688.
Opmerking
Door introgressie met verwilderde tuinplanten zijn de oorspronkelijke wilde populaties vaak niet meer goed te herkennen.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1085: Digitalis - Vingerhoedskruid