Tamme kastanje
SL. 0273
Castanea sativa Mill.
Familie Fagaceae.
Diagnostische kenmerken
Bladen ongedeeld, langwerpig tot lancetvormig, spits tot toegespitst, toegespitst-getand, dun leerachtig, van boven donkergroen, lanzig, van onderen bleekgroen. Mannelijke bloeiwijzen rechtopstaand, lang, rolrond. Knoppen met 2 of 3 schubben, eivormig. Vruchten (2-)3 bijeen in een stekelig, met 4 kleppen openspringen omhulsel. Schors met scheuren.
Hoogte bloeiende plant
Tot 30,00 m.
Bloeitijd
Juni.
Levensvorm
Fanerofyt.
Standplaats
Op vrij droge tot matig vochtige, zwak zure, vrij voedselrijke grond in loofbossen, vooral in heuvelgebieden.
Zeldzaamheid en verspreiding
Plaatselijk algemeen. Ook aangeplant.
Oorspronkelijk uit Zuid-Europa, West-Aziƫ en Noord-Afrika.
KFK 688.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 2368