Narcissus pseudonarcissus L.

Wilde narcis
FB. 2348

Rode Lijst: Bedreigd.

Narcissus pseudonarcissus L.
Familie Amaryllidaceae.

Diagnostische kenmerken
Bijkroon 18-35(-40) mm hoog, heldergeel. Bloemdekslippen lichtgeel tot donkergeel.


Hoogte bloeiende plant
0,15-0,40(-0,60) m.
Bloeitijd
Maart-april.
Levensvorm
Geofyt.

Standplaats
Op natte, matig voedselrijke grond in beekdalgraslanden en in lichte loofbossen.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij algemeen in parken, in grazige bermen en struikgewas; de wilde vorm is zeer zeldzaam in het Zuidlimburgs district en komt in Drenthe thans alleen nog in boerentuinen voor.
KFK 664.

Opmerkingen
- De oorspronkelijk wilde vorm is vrijwel verdwenen. Door introgressie met andere cultivars van deze en verwante soorten is het thans bijna ondoenlijk om individuele planten op naam te brengen.

- Narcissen - Narcissus zijn reeds lang geliefde tuinplanten. Tal van cultivars en bastaarden zijn zo ontstaan. Al of niet opzettelijk weggeworpen bollen slaan vaak gemakkelijk op en kunnen zeer lang blijven voortbestaan.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1407: Narcissus - Narcis

%LABEL% (%SOURCE%)