Vederesdoorn
FB. 5001
Acer negundo L.
Familie Sapindaceae.
Diagnostische kenmerken
Bladen 3-tallig of veervormig 5-tallig, de blaadjes grof getand of het eindelingse blaadje iets gelobd. Tweehuizig. Bloemen klein, in veelbloemige bundels of trosjes aan lange draadvormige stelen, groenachtig of roodachtig. Kelk 4- of 5-tandig. Kroonbladen 0. Meeldraden 4-8. Vleugels van de vrucht een scherpe hoek met elkaar makend.
Hoogte bloeiende plant
Tot 16,00 m.
Bloeitijd
Maart-april.
Levensvorm
Fanerofyt.
Standplaats
In rivierbegeleidende loofbossen, op kribben; ook in struikgewas en bossen in de duinen.
Zeldzaamheid en verspreiding
Zeldzaam; recent inburgerend op vele plaatsen in het Rijngedeelte van het Fluviatiel district en in het Renodunaal district en in Urbane gebieden.
Ook aangeplant.
Oorspronkelijk uit Noord-Amerika.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 2470: Sapindaceae, Acer
Pagina 2490
Pagina 2492