Orobanche picridis Koch

Bitterkruidbremraap
SL. 0902

Doelsoort.

Orobanche picridis Koch
Familie Orobanchaceae.

Diagnostische kenmerken
Bloemkroon 14-20(-22) mm lang. Bovenlip meestal ongedeeld, soms ondiep uitgerand, de lobben afstaand en teruggebogen. Tanden van de kelkhelften ongeveer even lang als de rest van de kelkhelft; indien er 2 zijn, dan deze ongeveer evenwijdig aan elkaar. Helmdraden aan de voet dicht behaard, op (2-)3-5 mm boven de voet op de kroonbuis ingeplant. Stengel lichtgeel, soms rood aangelopen.

Hoogte bloeiende plant
0,15-0,70 m.
Bloeitijd
Juni-september.
Levensvorm
Geofyt.

Standplaats
Parasieteert op Echt bitterkruid - Picris hieracioides, zelden op Gewoon biggenkruid - Hypochaeris radicata. Op droge plaatsen in kalkrijke duinen.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij zeldzaam in het Renodunaal district, zuidwaarts tot Scheveningen.
KFK 344.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1079

%LABEL% (%SOURCE%)