Melica uniflora Retz.

Eenbloemig parelgras
SL. 0808

Doelsoort
Melica uniflora Retz.
Familie Poaceae.

Diagnostische kenmerken
Aartjes in een pluim met lange, rechtop-afstaande takken, rechtopstaand, elk met 1 tweeslachtige bloem en met de knotsvormige aanleg van de bovenste bloem. Bladschede tegenover de bladschijf met een 1-4 mm lang, spits aanhangsel. Stengel glad.

Hoogte bloeiende plant
0,30-0,60 m.
Bloeitijd
Mei-juni(-augustus).
Levensvorm
Hemikryptofyt.

Standplaats
Op vochtige, matig voedselrijke, meestal lemige grond in loofbossen.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij zeldzaam in het Zuidlimburgs district, zeer zeldzaam in het Subcentreuroop district en in het aangrenzend Fluviatiel district, het Gelders district en recent in het Renodunaal district.
KFK 555.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1759: Melica - Parelgras
Pagina 1834: Melica - Parelgras
Pagina 1967

%LABEL% (%SOURCE%)