Viola hirta L.

Ruig viooltje
SL. 1382

Viola hirta L.
Familie Violaceae.

Diagnostische kenmerken
Bladsteel met 0,5-1,5 mm lange, recht afstaande, of iets teruggeslagen haren. Plant zonder uitlopers. Bloemen reukeloos, blauwpaars, zelden roze of wit, blauw gestreept. Bladen na de bloei sterk uitgroeiend.

Hoogte bloeiende plant
0,05-0,15 m.
Bloeitijd
April-mei.
Levensvorm
Hemikryptofyt.

Standplaats
Op droge, kalkrijke grond in lichte loofbossen, aan zomen, in open duinstruikgewas, op rivierduintjes en -dijken.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij algemeen in het Renodunaal district, zeldzaam in het Zuidlimburgs district en het Fluviatiel district.
KFK 566.

Opmerking
De bastaard Viola xscabra F.Braun (FB. 1605) (= Viola hirta x Viola odorata) is geheel of grotendeels onvruchtbaar en intermediair tussen de ouders. Zeldzaam.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 480

%LABEL% (%SOURCE%)