Aronia prunifolia(x)

Zwarte appelbes
FB. 1965

Aronia xprunifolia (Marshal) Rehder
(= Aronia arbutifolia (L.) Pers x Aronia melanocarpa (Michx.) Ell.)
Familie Rosaceae.

Diagnostische kenmerken
Bladen en twijgen aanvankelijk wollig behaard, later kaler wordend tot vrijwel kaal. Bladschijf elliptisch tot omgekeerd eirond, 3-7 cm lang, fijn gezaagd, de middennerf aan de bovenzijde met roodachtige, meestal langgerekte klieren. Struik lange worteluitlopers vormend. Bloeiwijze tuilvormig, de assen wollig behaard tot bijna kaal. Kroonbladen wit, 4-6,5 mm lang. Kelkbladen met klieren langs de rand. Helmknoppen paarsrood. Vrucht bolvormig, 6-8 mm breed, aanvankelijk rood, later paars- tot zwartrood verkleurend.

Hoogte bloeiende plant
0,40-3,00 m.
Bloeitijd
Mei-juni.
Levensvorm
Fanerofyt.

Standplaats
Voornamelijk in laagveenmoerassen.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij zeldzaam in het Laagveendistrict, elders zeldzaam.
Ook als tuinstruik aangeplant.
Oorspronkelijk uit Noord-Amerika.
KFK 056.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 537
Pagina 2321

%LABEL% (%SOURCE%)