Lepidium ruderale L.

Steenkruidkers
SL. 0733

Lepidium ruderale L.
Familie Brassicaceae.

Diagnostische kenmerken
Plant met onaangename geur. Wortelbladen (in de vruchttijd afgestorven) 1-2-voudig veerdelig met breed lijnvormige, stompe slippen. Middelste en bovenste stengelbladen lijn-spatelvormig, stomp, gaafrandig, zelden dieper gedeeld. Kroonbladen ontbrekend. Vruchten 1,5-2 mm breed. Zaden noch gerand, noch gevleugeld, ca. 1,3 bij 0,6 mm. Stengel en bladen met korte, rechte of iets gebogen, stompe haren (loep!).

Hoogte bloeiende plant
0,10-0,40 m.
Bloeitijd
Mei-september.
Levensvorm
Therofyt.

Standplaats
Op open, vrij vochtige, stenige of omgewerkte grond, vaak op betreden plaatsen tussen bestrating, ook op muren, recent aan snelwegen.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij algemeen in Urbane gebieden, elders zeldzaam.
KFK 667.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 255
Pagina 1247

%LABEL% (%SOURCE%)