Conyza sumatrensis (Retz.) E. Walker

Hoge fijnstraal
SL. 5328

Conyza sumatrensis (Retz.) E. Walker
Familie Asteraceae.

Diagnostische kenmerken
Bloeiwijze pluimvormig, met vrij korte zijtakken. Omwindselbladen groen, zonder rode toppen. Pappus gelig wit of cremekleurig.
Stengelbladen bezet met korte, meestal kromme harenm de gekromde wimperharen korter dan 0,5 mm. Buisbloemen merendeels 5 lobbig. Lintbloemen (0-)-,2-0,5 mm lang. Hoofdjes 5-11 mm breed.

Hoogte bloeiende plant
0,40-1,50(-2,20) m.
Bloeitijd
Augustus-december.
Levensvorm
Therofyt.

Standplaats
Op open, droge, voedselrijke, omgewerkte, zandige, braakliggende grond, ook tussen plaveisel en op andere stenige plaatsen.

Zeldzaamheid en verspreiding
Recent ingeburgerd in Urbane gebieden en het Fluviatiel district.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1547

%LABEL% (%SOURCE%)