Senecio sylvaticus L.

Boskruiskruid
SL. 1190

Senecio sylvaticus L.
Familie Asteraceae.

Diagnostische kenmerken
Plant niet kleverig, in de bloeiwijze met verspreide zeer korte klierharen (tot 0,1 mm lang) en daartussen met meestal vrij talrijke lange klierloze haren (deze bochtig, een dunne spinnenwebachtige beharing vormend). Bladen geelachtig groen, later vaak rood aangelopen, de middelste en bovenste met getande oortjes halfstengelomvattend. Nootjes rondom aangedrukt kortharig, 2-2,5 mm lang.

Hoogte bloeiende plant
0,05-0,90 m.
Bloeitijd
Juni-augustus.
Levensvorm
Therofyt.

Standplaats
Op open, droge, kalkarme, humeuze grond in open bossen en struikgewas, op kapvlakten, aan akkerranden.

Zeldzaamheid en verspreiding
Zeer algemeen in het Pleistocene distrcit en het Duindistrict, elders zeldzaam.
KFK 889.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1539

%LABEL% (%SOURCE%)