Utricularia minor L.

Klein blaasjeskruid
SL. 1324

Rode Lijst: Kwetsbaar.

Utricularia minor L.
Familie Lentibulariaceae.

Diagnostische kenmerken
Bladslippen gaafrandig, alleen de top met een stekelhaar (loep!). Zowel de grondloten als de waterloten met blaasjes. Bloemkroon bleekgeel met al of niet bruin gestreept gehemelte; onderlip eerst vlak, later met teruggeslagen randen.

Hoogte bloeiende plant
0,10-0,50 m.
Bloeitijd
Juni-augustus.
Levensvorm
Hydrofyt.

Standplaats
Aan de rand van vennen, in turfgaten, in sloten in heidegebieden, in trilveenmoerassen.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij zeldzaam in het Kempens district en het Drents district, zeldzaam in het Laagveendistrict, het Subcentreuroop district en het Gelders district.
KFK 665.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 2284

%LABEL% (%SOURCE%)