Allium vineale L.

Kraailook
SL. 0035

Allium vineale L.
Familie Alliaceae.

Diagnostische kenmerken
Bladen aan de stengel geplaatst, met lange scheden, grijzig groen, halfrond tot rond en dan van boven smal gootvormig. Bloeiwijze vaak uitsluitend uit bolletjes bestaand, zelden zonder bolletjes. Bloemdekbladen 2-4,5 mm lang, roze of purper, zelden groenachtig wit.

Hoogte bloeiende plant
0,30-0,70 m.
Bloeitijd
Juni-augustus.
Levensvorm
Geofyt.

Standplaats
Op vochtige tot droge, voedselrijke, vaak min of meer omgewerkte grond in graslanden, aan bosranden.

Zeldzaamheid en verspreiding
Zeer algemeen; vrij zeldzaam in het Drents, Subcentreuroop district en de IJselmeerpolders.
KFK 889.

Opmerking
Lijkt veel op Allium oleraceum; bij die soort is de bladschijf van de onderste bladen bij de voet wel dik, maar met merg gevuld, en hebben de helmdraden aan de voet geen tanden. Bovendien onderscheiden beide soorten zich als volgt:
-Schutblad 1, de punt hoogstens 2 maal zo lang als het schedevormige deel: --> Allium vineale.
-Schutbladen 2, de punt minstens 4 maal zo lang als het schedevormige deel: --> Allium oleraceum.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1399
Pagina 2141

%LABEL% (%SOURCE%)