Silene dioica (L.) Clairv.

Dagkoekoeksbloem
SL. 0807

Silene dioica (L.) Clairv.
Familie Caryophyllaceae.

Diagnostische kenmerken
Plant tweehuizig, de bloemen mannelijk (vaak met een sterk gereduceerd vruchtbeginsel) óf vrouwelijk. Kroonbladen met schubben op de grens van plaat en nagel, rozerood, zelden wit, de plaat rond, tweelobbig. Tanden van de doosvrucht sterk teruggekromd. Bladen boven het midden het breedst, de middelste en onderste aan de top afgerond en kort toegespitst. Bloemen overdag geopend, niet geurend.

Hoogte bloeiende plant
0,30-0,90 m.
Bloeitijd
Eind april-herfst(-winter).
Levensvorm
Hemikryptofyt.

Standplaats
Op vochtige, voedselrijke, humeuze, zandige grond in lichte loofbossen, aan bosranden en slootkanten.

Zeldzaamheid en verspreiding
Zeer algemeen; vrij zeldzaam in het Estuariëndistrict, het Noordelijk kleidistrict en het Waddendistrict (op Texel algemeen).
Ook als tuinplant met gevulde bloemen.
KFK 899.

Opmerking
De bastaard Silene xhampeana Meusel & K.Werner (FB. 1575) (= Silene dioica x Silene latifolia) is grotendeels vruchtbaar en vormt soms bastaardzwermen met de ouders; kroonbladen meestal roze. Plaatselijk algemeen, vooral op verstoorde plaatsen (bijv. na het rooien van houtwallen).

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 88

%LABEL% (%SOURCE%)