Beklierde basterdwederik
SL. 0448
Epilobium ciliatum Raf.
Familie Onagraceae.
Diagnostische kenmerken
Zaden met een doorschijnend aanhangsel, uiterst fijn papilleus (sterke loep!). Bladen met afgeronde of iets hartvormige voet, in een korte (2-5 mm) steel versmald, de rand met kleine, onregelmatige tanden. Kroonbladen 2,5-6 mm lang, licht roze. Bloemen in knop rechtopstaand. Stempel knotsvormig. Uitlopers in rozetten eindigend.
Hoogte bloeiende plant
0,20-0,90(-1,50) m.
Bloeitijd
Juni-augustus.
Levensvorm
Hemikryptofyt (Therofyt).
Standplaats
Op natte tot vochtige, voedselrijke of soms brakke, vaak omgewerkte grond.
Zeldzaamheid en verspreiding
Algemeen, vooral in het Zuidlimburgs district, in Urbane gebieden, het Kempens district, het Fluviatiel district en het Hafdistrict; vrij zeldzaam in het Waddendistrict. Oorspronkelijk uit Noord-Amerika.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 814