Smalle rolklaver
SL. 0762
Lotus glaber Mill.
Familie Fabaceae.
Diagnostische kenmerken
Blaadjes van de bovenste stengelbladen 4 of meer maal zo lang als breed, kaal, grijsachtig groen, zijnerven nauwelijks zichtbaar.. Hoofdjes 1-4(-6)-bloemig. Kelktanden meestal korter dan de buis, voor de bloei samenneigend. Kroonbladen geel, 6-12 mm lang. Plant zonder uitlopers, met een enkele hoofdwortel. Stengel niet gestreept.
Hoogte bloeiende plant
0,10-0,50 m.
Bloeitijd
Juni-herfst.
Levensvorm
Hemikryptofyt.
Standplaats
Op min of meer natte, vaak brakke tot zilte grond in graslanden, op schorren en kwelders; ook in uiterwaarden en op rivierdijken.
Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij algemeen in het zuiden van het Maritiem district, het Estuariƫndistrict en het aangrenzend Renodunaal district, het Laagveendistrict en Fluviatiel district; zeldzaam in het noorden van het Maritiem district en het Noordelijk kleidistrict, en in het Fluviatiel district bij de IJsselmonding; elders zeer zeldzaam.
KFK 777.
Opmerking
De onderste 2, dicht bij de stengel geplaatste blaadjes zijn niet de steunblaadjes; de laatste zijn naast de bladsteel geplaatst en zijn zeer klein.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 366