Zulte
SL. 0117
Aster tripolium L.
Familie Asteraceae.
Diagnostische kenmerken
Wortelstok kort en dik. Stengel kaal. Omwindselbladen 2-3 mm breed, stomp. Lintbloemen blauw, lila of wit, meestal 11-17 mm lang, soms ontbrekend. Bladen vlezig.
Hoogte bloeiende plant
0,05-0,90(-2,00) m.
Bloeitijd
(April-)juli-herfst.
Levensvorm
Hemikryptofyt, soms Therofyt.
Standplaats
Op natte, zilte, brakke en zoete, zeer voedselrijke grond op schorren en kwelders, in rietlanden, in uiterwaarden, op opgespoten terreinen, aan oevers.
Zeldzaamheid en verspreiding
Algemeen in het Estuariƫndistrict, het Maritiem district en de aangrenzende Duindistricten; plaatselijk vrij algemeen in het Laagveendistrict en het Noordelijk kleidistrict, de IJsselmeerpolders en het Rijngedeelte van het Fluviatiel district.
KFK 877.
Opmerking
- Een vorm waarbij de lintbloemen ontbreken wordt wel onderscheiden als Aster tripolium f. discoideus (Rchb.) Vuyck; deze vorm komt vooral in het zuiden van het Maritiem district voor.
- De bladen worden wel als groente gegeten en heten dan 'lamsoren', niet te verwarren met Lamsoor (Limonium vulgare).
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1550: Aster - Aster
Pagina 1566