Mispel
SL. 0824
Mespilus germanica L.
Familie Rosaceae.
Diagnostische kenmerken
Bladen langwerpig tot lancetvormig, 5-12 cm lang, van onderen viltig. Bloemen alleenstaand, 3-4 cm in doorsnede. Bloemkroon wit. Vrucht door de kelk gekroond, peervormig tot afgeplat-bolvormig, 2-3 cm lang. In het wild gedoornd.
Hoogte bloeiende plant
Tot 6,00 m.
Bloeitijd
Mei.
Levensvorm
Fanerofyt.
Standplaats
Op vochtige, matig voedselrijke grond in loofbossen, aan bosranden en in houtwallen.
Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij zeldzaam in het Zuidlimburgs district en het Subcentreuroop district, elders zeer zeldzaam. Soms in tuinen aangeplant.
KFK 566.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 548
Pagina 2328
Pagina 2383