Groot springzaad
SL. 0660
Impatiens noli-tangere L.
Familie Balsaminaceae.
Diagnostische kenmerken
Bloemen geel, met kleine bruinige stippen. Onderste kelkblad vrij geleidelijk in de spoor versmald, deze meestal aanvankelijk recht omlaag wijzend maar later vaak horizontaal teruggekromd. Bladen verspreid.
Hoogte bloeiende plant
0,20-0,80 m.
Bloeitijd
Juni-september.
Levensvorm
Therofyt.
Standplaats
Op natte, voedselrijke grond in loofbossen en grienden, aan beschaduwde beekoevers en slootkanten, in brongebieden.
Zeldzaamheid en verspreiding
Plaatselijk vrij algemeen in het Fluviatiel district, het Laagveendistrict, het Subcentreuroop en het Zuidlimburgs district, elders zeer zeldzaam; ontbreekt in het Noordelijk kleidistrict en in het Waddendistrict.
KFK 677.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 471