Carex lasiocarpa Ehrh.

Draadzegge
SL. 0239

Rode Lijst: Kwetsbaar.

Carex lasiocarpa Ehrh.
Familie Cyperaceae.

Diagnostische kenmerken (zie ook opmerkingen bij Geslacht Carex)
Bladscheden met talrijke, opvallende dwarsnerven. Urntjes 4-5 mm lang, de snavel met ca. 1 mm lange, aan binnen- en buitenzijde ruwe tanden. Bladen (en schutbladen) vaak sterk ingerold. Schutbladen vaak ongeveer even lang als de bloeiwijze. Mannelijke aar vaak met nog enkele veel kleinere aren aan de voet. Stengel stomp driekantig tot bijna rond.

Hoogte bloeiende plant
0,30-1,00 m.
Bloeitijd
Mei-juni.
Levensvorm
Helofyt, Hemikryptofyt.

Standplaats
In ondiep water van veenplassen en heidevennen, in trilvenen en duinvalleien.

Zeldzaamheid en verspreiding
Zeldzaam in het Laagveendistrict (maar plaatselijk vrij algemeen in de plassengebieden) en in de Pleistocene districten; zeer zeldzaam in het Waddendistrict.
KFK 666.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 2127

%LABEL% (%SOURCE%)