Parapholis strigosa (Dumort.) C.E.Hubb.

Dunstaart
SL. 0917

Parapholis strigosa (Dumort.) C.E.Hubb.
Familie Poaceae.

Diagnostische kenmerken
Stengel rechtopstaand tot liggend. Bladen tot 2,5 mm breed, tongetje tot 1 mm lang. Bloeiwijze meestal recht en rechtopstaand, 1-1,5 mm breed en 4-7 mm lang, de as in leden uiteenvallend. Kelkkafjes hard, iets langer dan het vliezige lemma.

Hoogte bloeiende plant
0,05-0,30(-0,50) m.
Bloeitijd
Juni-juli.
Levensvorm
Therofyt.

Standplaats
Op schorren, kwelders, vooral op open, zandige plekken; ook op zilte plekken binnendijks.

Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij algemeen in het zuiden van het Maritiem district en plaatselijk in het Estuariëndistrict; zeldzaam in het Waddendistrict en het noorden van het Maritiem district; zeer zeldzaam in het Renodunaal district en aan de Friese IJsselmeerkust.
KFK 665.

Opmerking
Door de zeer onopvallende, stengelvormige bloeiwijze gemakkelijk over het hoofd te zien; het meest nog vallen de witte littekens op die achterblijven na het afbreken van de aartjes.

Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 1735
Pagina 1948

%LABEL% (%SOURCE%)