Scherpe zegge
SL. 0211
Carex acuta L.
Familie Cyperaceae.
Diagnostische kenmerken (zie ook opmerkingen bij Geslacht Carex)
Bladen 2-7(-9) mm breed, gras-, zelden grijsgroen, bij het drogen met naar beneden omrollende randen (alleen aan de onderzijde met huidmondjes; sterke loep!; zie opmerking). Onderste bladscheden lichtbruin, vaak rood aangelopen. Onderste schutblad meestal (veel) langer dan de bloeiwijze. Mannelijke aren (1 of) 2-4. Vrouwelijke aren 2-4(-5), 3-9(-11) cm lang. Urntjes 2-3 mm lang, geelgroen of bruinachtig, minder regelmatig in rijen geplaatst dan bij Carex nigra.
Hoogte bloeiende plant
0,50-1,50 m.
Bloeitijd
Mei-juni.
Levensvorm
Helofyt, Hemikryptofyt.
Standplaats
In zeggemoerassen, aan waterkanten, in natte loofbossen.
Zeldzaamheid en verspreiding
Algemeen in de Pleistocene districten, het Fluviatiel district en Laagveendistrict, elders vrij zeldzaam.
KFK 898.
Opmerkingen
- Met een sterke loep zijn de huidmondjes bij vers materiaal zichtbaar als rijen witte puntjes. Bij Carex nigra bevinden die zich vrijwel uitsluitend aan de bovenzijde, bij Carex acuta en Carex trinervis vrijwel alleen aan de onderzijde van het blad.
De bastaard Carex x elytroides Fr. (FB. 1556) (= Carex acuta x Carex nigra) is intermediair tussen de ouders. Bij deze bevinden zich zowel aan de boven- als aan de onderzijde van het blad huidmondjes (alleen bij vers materiaal met een sterke loep zichtbaar). Niet zeldzaam.
Deze soort wordt in de Sleutel uitgesleuteld op de volgende pagina('s):
Pagina 2097