Key: Step 3321. 1656

1656a. Nootjes weinig afgeplat, ongevleugeld, met afgeronde lengteribben, geheel bezet met korte en zeer dicht opeen geplaatste dwarse ribbels, roodachtig bruin, ca. 3,5 mm lang. Blad gewoonlijk veerdelig, de eindslip meestal gro-ter dan de overige bladslippen, stomp; meestal dof- of grijsgroen, vaak paars aangelopen. Bladrand stekelig getand, de stekels op slipjes geplaatst die breder zijn dan lang. Lintbloemen lichtgeel. Gewone melkdistel.

Sonchus oleraceus

1656b. Nootjes sterk afgeplat, smal gevleugeld, met scherpe, ongeribbelde lengteribben, dicht bezet met zeer kleine teruggerichte papillen (z.st. loep!), strokleurig, ca. 2,5 mm lang. Blad niet ingesneden of veerdelig en dan de eindslip nauwelijks groter dan de overige bladslippen, spits; van boven sterk glanzend, donkergroen. Bladrand stekelig getand, de stekels op slipjes geplaatst die langer zijn dan breed. Lint-bloemen geel. Gekroesde melkdistel.

Sonchus asper
Decision path