Key: Step 4965. 2466

2466a. Bladsteel 0-3(-7) mm lang. Bladvoet hartvormig, vaak ongelijk geoord. Bladen niet-symmetrisch gelobd, van boven dofgroen, van onderen kaal of nagenoeg kaal (indien er haren aanwezig zijn, dan zijn ze enkelvoudig). Vruchten 1-5 bijeen, aan een gemeenschap-pelijke steel van 2-9 cm, langwerpig-eivormig, vers met donkere overlangse strepen. De stam eindigt onder in de kroon, waar hij zich in zware kroontakken oplost. Zomereik.

Quercus robur

2466b. Bladsteel 10-25 mm lang. Bladvoet wigvormig. Bladen symmetrisch gelobd, van boven glanzend groen, van onderen vooral op de nerven met sterharen. Vruchten 3-7 bijeen, zittend of aan een zeer korte, gemeenschap-pelijke steel, eivormig, vers zonder overlangse strepen. De stam loopt door tot hoog in de kroon, deze is smaller en dichter dan bij de vorige soort.
Wintereik.

Quercus petraea
Decision path