Key: Step 4251. 2116

2116a. Urntjes met 2 duidelijke nerven, overi-gens vrijwel ongenerfd, donkergroen, ten slotte bruin, 4,5-5 mm lang; tanden van de snavel aan de binnenzijde glad (loep! zie Figuur). Hogere bladscheden aan de van de bladschijf afgekeerde zijde uitgerand. Bladen 3-6(-8) mm breed. Stelen van de vrouwelijke aren ruw. Onderste schutblad korter dan de bloeiwijze, de schede tot 4(-7) cm lang. Vrouwelijke aren (2-) 3-6 cm lang, 3-4 mm breed. Boszegge.

Carex sylvatica

2116b. Urntjes met vele duidelijke nerven, geelgroen, 4-5 mm lang; tanden van de snavel aan de binnenzijde ruw (loep!, zie Figuur). Hogere bladscheden aan de van de bladschijf afgekeerde zijde met een vliezig aanhangsel. Bladen 3-5 mm breed. Stelen van de vrouwelijke aren glad. Onderste schutblad korter dan de bloeiwijze, de schede 1-2 cm lang. Vrouwelijke aren 1-3 cm lang, 5-8 mm breed. Zilte zegge.

Carex distans
Decision path